SNEEK-Een fikse bezuiniging die de gemeente Súdwest-Fryslân inboekt op geld dat bedoeld is voor arme kinderen, is in strijd met de regels. Dat zegt de Partij van de Arbeid in Súdwest-Fryslân. Die gemeente krijgt geld van het Rijk om kinderen te helpen die in armoede leven, maar dat geld zou nu aan andere zaken worden uitgegeven. De raadsleden van de PvdA zijn daar zo kwaad over, dat ze een brief hebben geschreven aan de staatssecretaris van Sociale Zaken.
Het gaat om een subsidie van vier ton. Een kwart van dat geld zou in de komende begroting niet naar de kinderen toe gaan. “In de gemeenteraad van november voor de begroting is, met 19 van de coalitie tegen 18 van de oppositie, besloten om 100.000 euro te korten op vier ton die we van het Rijk hebben gekregen voor kinderen in armoede”, legt fractievoorzitter PvdA-fractievoorzitter Johan Feenstra in de gemeente Súdwest-Fryslân uit.
Die ton verdwijnt dan in de zogenaamde ‘algemene middelen’. Maar die algemene middelen worden besteed aan de uitbreiding van het ambtelijk apparaat”, licht Feenstra toe. Die ambtenaren houden zich niet bezig met kinderarmoede. “Waar wij op tegen zijn, is dat geld dat specifiek voor kinderen is, en waar een bestuursakkoord onder ligt, nu ergens anders aan wordt besteed.”
Volgens het college is er nu niet zo’n behoefte aan geld op de plaats waar het voor is bedoeld. “Het is voor kinderen die bijvoorbeeld niet op vakantie kunnen. Het college vond dat daar wel wat minder geld naar toe kon, maar daar denken wij anders over”, zegt Feenstra. “Omdat er een bestuursakkoord ligt, stappen wij naar de staatssecretaris om te vragen wat die er van vindt.”
De partij hoopt dat de staatssecretaris toegeeft dat de gemeente Súdwest-Fryslân niet op het juiste pad zit en dat het geld teruggaat naar de bestrijding van armoede onder kinderen. “Door de coronacrisis neemt de armoede onder kinderen alleen maar toe, dus wat dat betreft vinden wij het een hele vreemde move om tegen alle afspraken in daar 100.000 euro bij vandaan te klauwen.”
Feenstra ziet het aanspreken van de staatssecretaris niet als het doordrukken van de eigen zin. “Dat zou je kunnen zeggen, maar afspraak is afspraak.”